Van Tokyo tot Hoorn: het leven van K-1 kampioen Ernesto Hoost

FYI.

This story is over 5 years old.

Sport

Van Tokyo tot Hoorn: het leven van K-1 kampioen Ernesto Hoost

"Als iemand me een debiel bedrag biedt, zou ik heel hard gaan trainen en zeg ik geen nee."

Elke gepensioneerde vechtsporter vult zijn leven anders in. De een begint een eigen sportschool, de ander probeert een acteercarrière op te bouwen en sommigen, zoals Peter Aerts, gaan eigenlijk nooit echt met pensioen. Ernesto Hoost koos voor kalmte.

De viervoudig K-1 kampioen heeft de rust opgezocht, al vliegt hij nog steeds regelmatig de wereld over om seminars te geven. VICE Sports sprak af met Hoost in de Sokudo Gym in Hoorn, om erachter te komen hoe hij zijn leven leidt nu de spotlight een tijdje is gedoofd.

Advertentie

VICE Sports: Ha Ernesto, je bent net terug uit Japan. Wat was je daar aan het doen?
Ernesto Hoost: Er wordt daar elk jaar een kickbokstoernooi georganiseerd dat naar mij is vernoemd, de Hoost Cup. Daar word ik altijd voor uitgenodigd. Er komen voornamelijk Japanse vechters. Af en toe neem ik een vechter mee uit Nederland.

Hoe was het om in Japan te zijn?
Heel fijn. Er is geen land waar ik zo vaak ben geweest buiten Nederland. Ik ken de Japanse cultuur een beetje, de goede en slechte kanten, en luister de muziek. Ik ben er dit jaar ook op vakantie geweest met mijn kinderen, die vonden het ook mooi om daar te zijn. We zijn naar Disneyland Tokyo geweest.

Foto’s door Ryan Oosterling.

Hoe is Disneyland in Tokyo? Is dat anders dan hier in Europa?
De Japanners zijn vooral anders. Ze zijn veel rustiger in zo’n park dan Europeanen, maar volwassen Japanners gaan vaak echt op in die Disney-mythe. Ze hebben bijna het idee dat Mickey Mouse echt bestaat. Je weet soms niet wat je ziet in Disneyland Tokyo. Volwassenen lopen er volledig met Mickey Mouse-mutsjes op en Goofy-shirts aan.

Welke Japanse muziek luister je?
Ik luister rockachtige Japanse popmuziek, de traditionele wat minder. Er is een band die ik echt goed vind, in het Japans heet die Urufuruzu. Ik versta de teksten soms, helaas niet altijd. Ik worstel nog steeds met de Japanse taal. Die heb ik nooit helemaal onder de knie gekregen. Ik wil nog een keer een tijdje in Japan gaan wonen om de taal goed te leren.

Advertentie

In je hoogtijdagen kon je nauwelijks over straat in Japan. Is dat nog steeds zo?
Er zijn wel momenten geweest dat ze achter me aan kwamen rennen, maar dat is voorbij. De jongste jeugd kent mij niet. Ik ben al te lang gestopt. Ouderen herkennen me nog wel en ik hoor mijn naam soms fluisteren, bijvoorbeeld als ik incheck bij een hotel, maar ze komen niet naar me toe. Mijn naamsbekendheid is er nog wel heel groot. Dat is wel grappig.

Vertel.
Nou, ik heb een aantal jaar geleden nog een reclame gedaan voor Reebok. Bij Reebok in Amerika wilden ze de reclame eerst niet met mij doen, omdat ik in Amerika minder bekend ben. Toen hebben ze een poll gemaakt waarbij ze 25 buitenlandse sporters op een rij zetten voor een Japanse testgroep. Tussen gasten als Messi, Ronaldo, Fernando Alonso en Derek Jeter eindigde ik op de vijfde plaats! Terwijl ik toen al een jaar of zes gestopt was.

Wat doe je nu als gepensioneerde vechtsporter?
Ik ben veel op pad voor dingen als de Hoost Cup of seminars die ik geef in het buitenland. Verder geef ik hier af en toe les in de Sokudo Gym. Vroeger liep ik ook vaak hard. Ik heb onder andere de marathon van Tokyo gelopen. Maar ik heb een keer een achillespeesblessure opgelopen, waar ik nog weleens last van heb, dus ik loop niet meer zo veel. Ik ben de laatste tijd een beetje lui geweest.

Wat doe je als je lui bent?
Ik lees veel. Of ik kijk films op mijn computer.

Wat voor boeken lees je?
Het laatste boek dat ik heb gelezen was de biografie van Nelson Mandela. Daarvoor heb ik Soledad Brother gelezen, over George Jackson. Het speelt zich af in de jaren zestig. George Jackson was een donkere man die werd veroordeeld voor het stelen van 50 dollar van een benzinestation. Hij maakte af en toe een foutje in de gevangenis, waardoor er steeds tijd bij zijn gevangenisstraf kwam. Hij heeft uiteindelijk geprobeerd uit te breken en is daarbij doodgeschoten.

Advertentie

Je noemt nu Nelson Mandela en George Jackson, twee zwarte mannen die met tegenslagen te maken hebben gehad. Waarom lees je die boeken?
Ik vind dat wel interessant. Ik heb ook het boek gelezen van Jack Johnson, de eerste donkere wereldkampioen boksen. Hij vocht honderd jaar geleden, in de tijd van de Ku Klux Clan, en had de onhebbelijkheid dat hij van blanke vrouwen hield. Dat was heel controversieel in die tijd.

Donkere vechters mochten toen nooit voor de wereldtitel vechten, omdat men vond dat de wereldkampioen boksen wit moest zijn. Een witte Canadees, Tommy Burnes, wilde het wel tegen Jack Johnson opnemen voor een zak geld. Johnson versloeg hem, werd kampioen en bleef dat van 1908 tot 1917.

Voel je bij deze verhalen raakvlak met je eigen leven als zwarte man?
Niet eens bewust, maar nu we het er zo over hebben, merk ik wel dat ik dat soort boeken graag lees. Ik denk dat ik het prettig vind om te lezen over iemand die zich met een strijd uit een bepaalde situatie vecht. Ik lever zelf ook wel een bepaalde strijd, zoals iedereen in het leven, maar niet de strijd die zij leverden.

En ik lees ook wel andere boeken. Stephen King vind ik heel goed. En ik heb laatst een nieuw boek van Dan Brown gekocht. Omdat ik veel reis, kom ik weleens in de kiosken van Schiphol. Dan kijk ik naar boeken. Het nadeel van tijdschriften is dat ze snel uit zijn. Van boeken kun je wat langer genieten.

Wel een goede gewoonte om te hebben, lezen.
Af en toe ben ik lui en lees ik wat minder. Van een van mijn vrienden heb ik laatst ook de biografie van Johan Cruijff gehad. Die moet ik nog lezen. Cruijff is een interessant figuur. Ik ben hem een paar keer tegengekomen en had een goede klik met die man.

Advertentie

Hoe heb je Johan Cruijff leren kennen?
Ik werd door de Cruijff University uitgenodigd om daar een studie te volgen. Dat heb ik gedaan en zo hebben we elkaar een paar keer ontmoet. Ik ben ook ambassadeur van de Cruijff Foundation geworden. “Met jou moet ik geen ruzie krijgen,” zei hij altijd als hij me zag. Alleen al qua uitstraling was Cruijff bijzonder. Bij de open dagen van de Cruijff Foundation viel het me op hoeveel rust hij had, hoeveel geduld met gehandicapte kinderen. De hele dag met ze op de foto, echt fantastisch.

Je hebt ook met de onlangs overleden burgemeester Eberhard van der Laan samengewerkt voor de vechtsport in Amsterdam. Hoe is jullie band ontstaan?
Ik zag hem voor het eerst in 2011, na de tsunami in Japan. In de Amsterdam ArenA werd een benefietduel tussen Ajax en een Japans gelegenheidsteam georganiseerd. Ik was daarvoor uitgenodigd, net als Van der Laan. Hij was toen nog niet zo lang burgemeester en had de grotere vechtsportgala’s meteen in de ban gedaan, omdat journalisten als John van den Heuvel schreven dat dat netwerkbijeenkomsten voor criminelen waren. Ik vond dat ze daar veel te ver in gingen.

Heb je dat toen gezegd?
Zeker, ik sprak Van der Laan daarop aan toen ik hem tegenkwam. “Ik heb niks tegen jullie, de atleten,” zei hij, “maar wel tegen de mensen eromheen.” Ik zei tegen hem dat hij met het verbieden van de gala’s juist de atleten pakte. We hadden daar een goed gesprek over. Later dat jaar kwam mijn biografie uit en nam Van der Laan het eerste boek in ontvangst. Sindsdien hadden we een goede band. Van der Laan is met vechters en bestuurders aan de slag gegaan om de misstanden in de vechtsport aan te pakken.

Advertentie

Wat was jouw rol daarin?
Van der Laan wilde een goed vechtsportorgaan installeren. Hij vond mij en een aantal andere vechters heel belangrijk in die discussie. Hij nodigde me vaak uit, dus ik ben hem vaak tegengekomen. Van der Laan heeft iets in gang gezet. Er is nu een vechtsportautoriteit die de organisatie van vechtsport in Nederland moet professionaliseren. Het is alleen de vraag of dat wordt doorgepakt nu Van der Laan er niet meer is.

Je hebt ook weleens op de foto gestaan met Donald Trump, nog voor hij president werd. Ben je nog blij met die foto?
Die foto is genomen in 2009, bij vechtsportwedstrijden in Amerika. Van mij hoefde het niet, maar mensen om me heen wilden dat ik op de foto ging met Trump, die er ook was. Ik besefte toen natuurlijk niet dat die man nog eens president zou worden. Het is op zich grappig dat ik met de president van Amerika op de foto sta, maar ik ben er niet echt trots op. Als het Obama was geweest, was het anders geweest. Trump is een geweldige zakenman, maar ik snap niet dat de Amerikanen hem gekozen hebben als president.

Jij komt nu regelmatig in het zakenleven om seminars te geven. Wat doe je dan precies?
Bij bedrijven heb ik een vaste presentatie, waarin ik laat zien dat ik een slechte periode in mijn carrière heb gehad, waarin ik zwaar knock-out geslagen werd. Ik was toen 33 en iedereen dacht dat het klaar was met me. Zo’n KO laat ook zien hoe kwetsbaar je bent als vechter. Ik nam daarna ultiem revanche door terug te komen en aan het einde van datzelfde jaar kampioen te worden in de K-1. De aanvragen voor die presentatie komen uit heel Europa, en soms ook Japan of Brazilië.

Advertentie

Dat klinkt als best een relaxte manier om nog wat van de wereld te zien.
Ik klaag ook niet, zeker niet als ik naar een land als Brazilië ga. Dat zijn leuke tripjes. Ik denk dat ik gemiddeld een of twee keer per maand zo’n tripje maak.

Verdien je zo genoeg om van te leven?
Ja, plus wat ik over heb gehouden aan mijn carrière. Helaas heb ik veel moeten delen met mijn ex-vrouw, maar ik heb gelukkig ook wat over. Mijn management heeft me ook geld afhandig gemaakt tijdens mijn carrière. Dat heeft me een knauw gegeven. Ik zal mensen daardoor niet meer zo snel vertrouwen. Het is alweer een tijd terug gebeurd, maar niet gesleten.

Heb je veel vrienden overgehouden aan je vechtsportcarrière?
Of ik het nou vrienden moet noemen? Nee. Mijn echte vrienden zijn vrienden uit mijn jeugd. Die ken ik al meer dan dertig jaar, sommigen meer dan veertig. Maar ik heb wel veel collega’s, vechters, waar ik goed mee kan opschieten en met wie ik nog contact heb en app. Bijvoorbeeld Peter Aerts, Sem Schilt en Remy Bonjasky.

Die gasten hebben nu allemaal een eigen gym. Moet jij dat niet ook doen?
Nee, dat is niet mijn ding. Ik vind het leuk om af en toe les te geven aan talentvolle vechters die wat willen bereiken. Maar als je een eigen gym hebt, moet je er altijd zijn en heel veel mensen lesgeven. Ik wil geen mensen lesgeven waarvan ik weet dat ze nooit wat zullen bereiken in de vechtsport. Op zich is dat niet heel erg, maar daar ligt niet mijn ambitie.

Advertentie

Hoe denk je dat Rico Verhoeven was meegekomen in de K-1-tijd?
Hij heeft niet zo lang geleden gezegd dat hij ons allemaal wel aan zou pakken. Ik denk dat hij het zeker goed zou doen, maar hij zou ook zeker niet de beste zijn. Als je Rico Verhoeven tegen mij in mijn toptijd zou zetten, zou hij niet winnen. Daar was ik veel te leep voor.

Waar zat dat lepe van jou in?
Nou, dingen als op het juiste moment een counter maken, gebruik maken van de kracht van je tegenstander, je tegenstander laten missen en dan toeslaan. Ik weet dat ik hem daar zeker wel toe zou kunnen verlokken. Ik ben altijd een weldoordachte vechter geweest. Ik heb daarom ook niet veel blessures opgelopen in mijn carrière.

Denk je weleens met weemoed terug aan die K-1-tijd? Dat je het nog een keer zou willen beleven?
Nee hoor. Ik leef vandaag, niet in het verleden. Dat zou heel zielig zijn. Ik heb leuke dingen meegemaakt en dat was toen. Nu maak ik andere leuke dingen mee. Ik zie mijn kinderen opgroeien, dat wil ik ook niet missen. De dingen zijn hoe ze zijn. Ik heb goed genoten van mijn tijd als vechter en dat is gewoon klaar.

Heeft Melvin Manhoef je weleens uitgenodigd om een comeback te maken bij de WFL, zoals Remy Bonjasky volgende week?
Nee, ik weet ook niet of ik het zou doen. Maar als je puur aan het geld denkt, zou ik het misschien moeten doen. Als iemand me een debiel bedrag biedt, zou ik heel hard gaan trainen en zeg ik geen nee. Maar daar ga ik niet van uit.

Mis niets! Like VICE Sports Nederland voor je dagelijkse dosis ijzersterke sportverhalen.