Wietrokende voetballers die tegen de lamp liepen
PA Images

FYI.

This story is over 5 years old.

Sport

Wietrokende voetballers die tegen de lamp liepen

Wietrokende atleten worden niet bepaald geaccepteerd in de sportwereld.

Maar terwijl steroïden, amfetamine en cocaïne overduidelijk je prestaties kunnen verbeteren, is het moeilijk te geloven dat wiet hetzelfde effect heeft, behalve bij een urenlange FIFA-sessie met je vrienden misschien. Toch denkt de WADA (dopingautoriteit) dat wiet je tactisch inzicht kan verbeteren, en is er daarom fel op tegen.

Met de conservatieve houding van de WADA in het achterhoofd, zetten we hier even een paar speciale voetballers in het zonnetje. Hoewel de voetballerij niet overloopt van drugsgebruikers, zoals de MMA, zijn er namelijk genoeg spelers geweest die betrapt werden op wietgebruik. Er zitten culthelden tussen, maar ook relatief onbekende spelers. Het enige dat ze allemaal gemeen hebben is hun voorliefde voor jonko. In de jaren negentig werden er plotseling ontzettend veel voetballers betrapt op wietgebruik. Daarvoor werd er misschien nooit iemand getest, maar we kunnen ervan uitgaan dat in de jaren tachtig er genoeg voetballers waren waarvan hun urine voor tachtig procent bestond uit bier. Als ze al getest moesten worden, zal het onmogelijk zijn geweest om vast te stellen of iemand drugsresten in zijn lichaam had. In de jaren daarna verminderde het alcoholgebruik onder profvoetballers en een handvol spelers besloot te experimenteren in hun vrije tijd. Crystal Palace-speler Chris Armstrong was de eerste die positief werd bevonden op het gebruik van wiet. Dit was in 1995 en de Engelse roddelbladen smulden ervan. Er werd op een nogal overdreven manier op gereageerd. Dit staat mooi beschreven in een artikel van The Independent: “Hoewel cannabis je een zwevend gevoel kan geven, laat het je niet langs verdedigers glijden of langer in de lucht hangen bij een voorzet.” De auteur was zijn tijd ver vooruit en reageerde hiermee op de overheersende hypocrisie waar Armstrong het slachtoffer van was. Terwijl andere voetballers werden wegkwamen met rijden onder invloed, overvallen en vechtpartijen, werd Armstrong door de FA geschorst voor vier wedstrijden en moest Crystal Palace ervoor zorgen dat hij zou ‘afkicken’. De manier waarop Armstrong gestraft en behandeld werd, had iets onrechtvaardigs. De personen die hem straften, hadden hem waarschijnlijk toegelachen als hij een half kratje bier achterover had geslagen, ook zou het schadelijker zijn geweest voor zijn gezondheid, conditie en voetbalprestaties. In het Britse voetbalwereldje van de jaren negentig waren ze echter nog niet zover en werd wiet geassocieerd met illegaliteit en criminaliteit.

Advertentie

Armstrong was niet de enige dat jaar die de verleiding van de joint niet kon weerstaan. Dean Chandler en Lee Bowyer werden met een joint betrapt na een training. Ze werden allebei maanden geschorst en moesten behandeld worden in de verslavingszorg. De straf speelde uiteindelijk een grote rol in de mislukte carrière van Chandler. Bowyer werd nog lang achtervolgd door zijn geschiedenis als wietroker, en toen hij door een ernstig geweldsdelict in de aandacht stond, werd zijn ‘wietgebruik’ meteen weer naar boven gehaald. Bowyer werd beschuldigd van een misdrijf waarbij hij handelde uit racisme. Dat is natuurlijk verschrikkelijk, maar waarom is zijn verleden als wietgebruiker dan relevant? Het gebruik van wiet werd door de voetbalpers in één adem genoemd met serieuze geweldsdelicten. Bowyer was dan ook een speciaal geval. De roddelbladen gebruikten zijn drugsverleden om zijn gedrag te verklaren. Ze beweerden dat zijn wietgebruik de ervoor aanleiding was. Er zijn veel ex-voetballers uit de lagere competities die toegeven dat wat er bekend is over wietgebruik in de voetbalwereld slechts het topje van de ijsberg is. In het amateurvoetbal komt het weleens voor dat er in de rust een jointje wordt gedraaid, maar er zijn ook topvoetballers die af en toe in stilte genoten van het groene spul. Ian Wright gaf in zijn column toe dat hij in zijn beginjaren zo nu en dan wiet rookte, terwijl Roberto Mancini in 2003 op televisie bekende wel eens had geblowd. Over het algemeen zijn we een stuk milder voor ex-voetballers die toegeven dat ze ooit drugs gebruikten dan voor spelers die tijdens hun carrière worden betrapt op drugsgebruik. Blijkbaar horen we graag over de streken die ex-voetballers hebben uitgehaald tijdens hun carrière, maar als ze betrapt worden op drugsgebruik tijdens hun carrière zijn we hard en onverbiddelijk.

Ian Wright in actie.

Na de jaren negentig zijn er veel minder gevallen bekend van blowende voetballers. Dit komt niet omdat er minder spelers betrapt worden, maar omdat de voetbalbond een beleid heeft ingezet dat voorkomt dat voetballers aan de publieke schandpaal worden genageld, vooral omdat ze de sport niet in een kwaad daglicht willen stellen. In de rest van Europa zijn er ook na de jaren negentig nog wel verhalen bekend van voetballers die een hijsje niet konden weerstaan. De Colombiaanse Wilder Medina werd in 2011 drie keer betrapt nadat hij wiet had gerookt, en ook de Pool Ebi Smolarek kwam niet door de controles in zijn Feyenoord-periode. Dit kwam niet door het roken van een jointje, maar door het eten van reformrepen. Toch werd de Feyenoorder door de UEFA voor drie maanden geschorst. Geen van deze verhalen kunnen tippen aan die van Gino Coutinho. De toenmalige keeper van ADO Den Haag werd in 2011 veroordeeld voor hennepteelt. Hij had een aandeel in een wietplantage met meer dan 4.200 planten. Hij had in ieder geval het geluk dat hij in Nederland geen last had van de bikkelharde aanpak van de Engelse roddelpers.

Mis niets! Like VICE Sports Nederland voor je dagelijkse dosis ijzersterke sportverhalen.